Gastcolumn: ‘Slechte indruk’ (snippergroen)

De eerste indruk is doorgaans heel bepalend voor het beeld dat iemand van een ander krijgt. Bij sollicitatiegesprekken doen mensen daarom hun uiterste best zo goed mogelijk voor de dag te komen. Je krijgt namelijk, zoals een Engels spreekwoord zegt, geen tweede kans om een eerste indruk te maken.

De gemeente Alphen aan den Rijn daarentegen lijkt deze wijsheid even te zijn vergeten. Hoewel vertegenwoordigers van de gemeente voor de fusie beloofden veel zorg te besteden aan (het contact met) de diverse kernen, zijn veel Benthuizenaren na hun eerste echte kennismaking met de nieuwe gemeente van een koude kermis thuisgekomen.

In de eerste helft van 2014 bereikten Benthuizen berichten dat de gemeente ging proberen zogeheten snippergroen (gemeentegrond in gebruik bij burgers) te verkopen. Doel daarvan, volgens een brief van de gemeente, is “om het gebruik van gemeentegrond goed te regelen. De gemeente wil daarmee het feitelijke gebruik en het juridische eigendom met elkaar in overeenstemming brengen.”

Maar is dat wel het échte doel, vragen veel bewoners zich  af. Of is het de gemeente gewoon om geld te doen? Iedereen weet natuurlijk dat gemeenten veel extra taken krijgen en minder geld van het Rijk. Extra inkomsten zijn in die situatie natuurlijk hartelijk welkom.

Hoe dan ook, tijdens een bewonersbijeenkomst op 22 mei jl. werden Benthuizenaren bijgepraat over het snippergroenproject. Vertegenwoordigers van de gemeente stelden de aanwezigen gerust: niemand hoefde te schrikken. Mensen die snippergroen in hun tuin hebben, zouden eerst een algemene brief krijgen. Ze zouden tot het einde van het jaar de tijd krijgen om daarvoor een passende oplossing te vinden: kopen of teruggeven aan de gemeente. Per adres zou maatwerk worden geleverd. Er zou iemand aan huis komen om met de bewoner te zoeken naar de beste optie.

Tot hun grote verbazing ontvingen de gerustgestelde Benthuizenaren op 13 juni jl. een brief van de gemeente waarin ze werden gemaand binnen drie weken een beslissing te nemen of ze het snippergroen in hun tuin willen kopen. Zo niet, dan dient de grond binnen drie maanden schoon opgeleverd te worden, zodat de gemeente die opnieuw kan inrichten.

De gemeente heeft hiermee diverse bewoners, met name ouderen, de stuipen op het lijf gejaagd en slapeloze nachten bezorgd. Decennialang konden zij ongestoord genieten van hun perceel; geen gemeentelijk haan kraaide ergens naar en ineens zouden zij afstand moeten doen van een stuk tuin of de portemonnee flink open moeten trekken.

Is dit nu het beloofde maatwerk? Dit lijkt meer op het onder druk zetten van burgers om snel te beslissen; wellicht hoopte de gemeente dat burgers zich dermate overvallen zouden voelen, dat ze uit arren moede maar tot aankoop zouden overgaan. De beperkte reactietijd klemt temeer daar de gemeente zelf meestal veel meer tijd uittrekt om ergens over te besluiten.

Is dit nu wel zorgvuldig? De gemeente schreef de Benthuizenaren onderaan haar brief van twee kantjes erop te vertrouwen hen “voldoende te hebben geïnformeerd.” Een onbegrijpelijke conclusie.

Want, zo vragen betrokkenen zich af, waarom wil de gemeente nú ineens de grond terug hebben? En heeft de gemeente daar, na zoveel jaar nooit naar de grond te hebben gevraagd of omgekeken, eigenlijk nog wel recht op? Of is het eigendom verjaard?

En waarom heeft de gemeente, gesteld dat het snippergroen nog steeds haar eigendom is, die grond dan decennialang verwaarloosd, waardoor de bewoners de stroken wel in beheer moesten nemen? En welke vergoeding aan de bewoners voor het jarenlang netjes onderhouden van de ‘gemeentegrond’ zou daar dan tegenover staan?

Onduidelijk is verder hoe de gemeente het betreffende snippergroen dan wil herinrichten. En wat te denken van de situatie waarin de ene bewoner wel de grond overneemt en zijn of haar buurman niet? Dan zouden formeel eigendom en beheer van het snippergroen misschien wel goed geregeld zijn,  maar zou het groen in de straten juist zeer versnipperd worden.

Wie de gemeente schriftelijk met dergelijke vragen benaderde, kreeg te horen dat de gemeente haar best zou doen om voor half augustus antwoord te geven. En dat terwijl de gemeente op haar website onder de servicenormen vermeldt dat brieven zo snel mogelijk worden beantwoord. Simpele informatievragen zelfs al binnen maximaal twee weken.

Bovenstaande in ogenschouw nemend, heeft de gemeente Alphen aan den Rijn op veel inwoners van de kern Benthuizen geen beste eerste indruk achtergelaten. Ze voelen zich bepaald niet welkom in hun nieuwe gemeente. Als dit de manier wordt om met elkaar om te gaan, belooft dat niet veel goeds voor de toekomst.

Zoals het eerder aangehaalde spreekwoord zegt, krijg je geen tweede kans om een eerste indruk te maken. Er is echter nog een ander spreekwoord: Eind goed, al goed.
De gemeente heeft helemaal zelf in de hand of dat goede einde er komt. De Benthuizenaren op hun beurt reiken de gemeente graag de hand en geven de gemeente graag de gelegenheid om inzake het snippergroenproject alsnog met voor hen bevredigende oplossing te komen.

Benthuizen, 15 juli 2014, K. de Groot
[‘Weet wat er leeft’ is het motto van het Dorpsoverleg Benthuizen. Daarom is er ruimte op deze website voor gastcolumns. De inhoud van deze gastcolumns verwoorden niet noodzakelijkerwijs het standpunt van het Dorpsoverleg Benthuizen]

0 antwoorden

Plaats een Reactie

Meepraten?
Draag gerust bij!

Geef een reactie